Dr. Jeroen de Vrij

‘DE KRACHT VAN HET ADENOVIRUS IN EEN EXOSOMEN-JASJE’

ADENOSOMEN: OP REIS IN HET LICHAAM OM MEDICIJNEN AF TE LEVEREN

Dr. Jeroen de VrijMinicellen die als kleine vrachtwagentjes door het lichaam reizen om medicijnen af te geven. Het klinkt wellicht wat futuristisch, maar het onderzoek van Jeroen de Vrij naar het inzetten van exosomen bij de behandeling van kanker kan deze toekomstmuziek een stuk dichterbij brengen: “Exosomen zijn piepklein en kunnen daardoor goed door ons lichaam reizen. Dat zette me aan het denken. Wat nou als we er oncolytische virussen in kunnen verpakken en die door de exosomen naar het hart van moeilijk bereikbare tumoren kunnen laten vervoeren? Momenteel onderzoek ik hoe we de kracht van het adenovirus in kunnen zetten tegen kanker door viruscellen in een exosomen-jasje te steken.”

Lange tijd werd gedacht dat exosomen uitsluitend dienstdeden als prullenbakjes voor cellen, handig om hun overtollige eiwitten in te dumpen. Inmiddels is bekend dat ze een veel belangrijkere rol spelen, onder andere in de communicatie tussen cellen. Jeroen: “Als onderzoeker hou ik me vanaf 2010 bezig met exosomen, dat was toen een volledig nieuw vakgebied. Gaandeweg werd duidelijk dat het lichaam niet alleen vol zit met deze minicelletjes, maar dat ze ook allerlei belangrijke functies hebben. Zo runnen ze het communicatiesysteem tussen de cellen, zijn ze betrokken bij de celgroei en in staat om cellen binnen te dringen en te veranderen. Vanaf 2014 ben ik me meer gaan richten op het gebruik van exosomen en dan met name de mogelijkheden die ze bieden bij de behandeling van glioblastoom, hersentumoren waarvan de behandeling moeizaam en de prognose slecht is. In dit onderzoek kon ik mijn passie voor een ander vakgebied inzetten: oncolytische virussen en dan met name het adenovirus. Als biotechnoloog hou ik van knippen, plakken en bouwen. Daar ging ik mee aan de slag en door exosomen te combineren met oncolytisch adenovirus, heb ik adenosomen kunnen maken. Uit een eerste, kleinschalig onderzoek is al gebleken dat deze adenosomen diep in het brein van muismodellen kunnen doordringen om daar tumorcellen aan te pakken. In het onderzoek waar we nu mee bezig zijn, bekijken we naast het inzetten van verschillende vormen van therapie met exosomen bij hersentumoren ook het effect bij alvleesklierkanker."

Van binnenuit opruimen

Een van de grote problemen bij zowel glioblastoom als alvleesklierkanker, is de uitschakeling van het immuunsysteem. Jeroen: “De tumor maakt zichzelf als het ware onzichtbaar, waardoor het lichaam niet in actie komt om de schadelijke cellen op te ruimen. Adenosomen zijn in staat om in de tumor door te dringen en weten op die manier de kankercellen onder de aandacht te brengen van het immuunsysteem van de patiënt. Dat wordt vervolgens getriggerd om de kwaadaardige cellen aan te vallen. Tegelijkertijd zijn adenosomen zelf ook in staat om de kankercellen van binnenuit op te ruimen. Omdat exosomen zo piepklein zijn – er passen er ongeveer 10.000 in een cel – kunnen ze door de moeilijk doordringbare lagen bindweefsel glippen die je bij glioblastoom en alvleesklierkanker ziet. Met dit onderzoek hopen we een therapeutisch effect te kunnen aantonen dat beter is dan die van de huidige therapie met chemo. We onderzoeken verschillende varianten en ook verschillende vormen van therapie met exosomen, om iedere patiënt de best mogelijke optie te kunnen bieden. Een behandeling met exosomen geeft veel minder bijwerkingen dan een chemokuur en we zijn hoopvol dat hier een belangrijke doorbraak op het gebied van moeilijk te behandelen kankervormen ligt. Uiteraard is er in deze fase van het onderzoek nog een hoop onduidelijk. We zijn eind vorig jaar begonnen en naar verwachting nog een jaar bezig voor we weloverwogen uitspraken kunnen doen, maar we zijn bijzonder hoopvol!”

Verschillende niveaus tegelijkertijd

Het onderzoek is nog niet eens halverwege, maar Jeroen is ondertussen al bezig met wat daarna komt: “Het maken van exosomen is een bijzonder ingewikkeld proces. En omdat ze zo klein zijn, hebben we er ook heel veel nodig om patiënten te kunnen behandelen. Daar komt nog bij dat het werken met virussen altijd risico’s met zich meebrengt, waardoor de veiligheidsvoorschriften – terecht – bijzonder streng zijn. Om ervoor te zorgen dat we straks goed in staat zijn om exosomen te produceren die in oncologische behandelingen kunnen worden gebruikt, zijn we nu al bezig met het ontwikkelen van technieken om dat mogelijk te maken. We werken dus eigenlijk op verschillende niveaus tegelijkertijd, zodat een eventuele nieuwe behandeling zo snel mogelijk bij de patiënt is. Als alles volgens plan verloopt, is het mogelijk om over vier jaar de eerste adenosomen bij mensen toe te dienen. Het laatste half jaar van de huidige onderzoeksfase staat in het teken van proeven met muismodellen, die hopelijk een mooi therapeutisch effect laten zien. Het is overigens geweldig om onderdeel uit te maken van het onderzoek naar oncolytische viro-immunotherapie (OVIT). Vroeger werkte iedereen op zijn eigen eilandje, nu werken we samen. Dat is ontzettend interessant en leerzaam en zorgt er tegelijkertijd voor dat we sneller stappen kunnen zetten in het vinden van effectieve behandelingen van kankersoorten als glioblastoom en alvleesklierkanker. Het zou zo mooi zijn als patiënten na het krijgen van een van deze diagnoses, een aanzienlijk betere prognose kan worden gegeven.”

Meer interviews

Om je de beste ervaring te geven, gebruiken wij en derde partijen technieken zoals cookies.