Drs. Amber Blaauboer

Drs. Amber BlaauboerAmber Blaauboer is 1 november 2016 gestart met haar promotietraject. Zij onderzoekt in het Neuro- Endocrinologie laboratorium onder leiding van professoren Leo Hofland en Casper van Eijck het effect van Interferon-bèta op alvleesklierkanker. In het laboratorium is Blaauboer verantwoordelijk voor de verzorging van tumorcellen in vier verschillende cellijnen. Hier onderzoekt zij de werking van Interferon-bèta gecombineerd met chemotherapie op de ontwikkeling van de tumorcellen.

Interferon-bèta is een lichaamseigen stof, die aangemaakt wordt bij een virusinfectie. Het stofje activeert het immuunsysteem, waardoor het virus wordt aangevallen. Bij de behandeling van patiënten met hepatitis, MS en huidkanker kent het stofje een goede response bij het (re)activeren van het immuunsysteem. Bij patiënten met alvleesklierkanker faalt het immuun systeem, waardoor de tumor niet wordt herkent en ongeremd kan groeien. Gezien de (re)activerende werking van Interferon-bèta op het immuun systeem en de positieve resultaten in andere ziektes, is het interessant om de effecten in patiënten met alvleesklierkanker te onderzoeken.

Naast het activeren van het immuun systeem, remt Interferon-bèta ook direct de tumorgroei en kan het er voor zorgen dat de patiënt (tumor) gevoeliger wordt voor de chemotherapie. Aangezien de behandeling van alvleesklierkanker patiënten met chemotherapie momenteel weinig succes boekt, zou dit een zeer interessante uitkomst kunnen bieden. Het doel van het onderzoek naar het effect van Interferon-bèta is dan ook de resistentie voor chemotherapie van een patiënt op te heffen of te voorkomen.

Op dit moment wordt de invloed van Interferon-bèta nog uitsluitend getest op tumorcellen in het lab. Na ruim anderhalf jaar onderzoek is het in vitro onderzoek bijna afgerond en kan Drs. Blaauboer op korte termijn van start gaan met de in vivo modellen. Dit is de laatste stap alvorens het middel aan patiënten gegeven kan worden. Als het zover is kunnen we hopelijk alvleesklierpatiënten beter laten reageren op de chemotherapie.

Dit onderzoek maakt slechts een fractie uit van het grote, overkoepelende onderzoek naar nieuwe behandelmethoden, maar het draagt wel bij aan belangrijke inzichten over het immuunsysteem. Waarom reageert patiënt A niet op een bepaalde behandeling en patiënt B wel? Welke cellen zijn hierbij betrokken en hoe kunnen we er vervolgens voor zorgen dat de patiënt de meest efficiënte behandeling voor hem/haar krijgt?

Op dit moment heeft het onderzoek wat ik doe nog geen invloed op bestaande patiënten met alvleesklierkanker, maar patiënten in de toekomst kunnen we hopelijk snel beter van dienst zijn. Er zijn helaas weinig alternatieven voor de bestaande chemotherapie, dus als de resultaten uit het onderzoek goed zijn.

Meer interviews

Om je de beste ervaring te geven, gebruiken wij en derde partijen technieken zoals cookies.